zaterdag 18 maart 2017

Intieme relatie

Ik heb een intieme relatie. Met manlief heb ik die al 25 jaar. Maar die relatie bedoel ik niet. Ik heb nog een intieme relatie. Met mijn bed.

We zijn in de afgelopen jaren steeds betere vrienden geworden. Mijn bed en ik. Ik hield altijd wel van hem. Maar we worden steeds intiemer. De afhankelijkheid wordt steeds groter. Die is niet wederzijds. Alleen van mijn kant.

Als puber dook ik al regelmatig na schooltijd mijn bed in. Toen dacht ik nog dat ik moest bijtanken van het weekend. En in elke fase van mijn leven was er wel een reden waarom ik goede vrienden was met mijn bed. De kinderen klein, tja, nachtbrakers, dus ik moet even naar bed. Het volgen van een opleiding 's avonds. Tja, dat kost energie dus ik moet even naar bed. Een nieuwe baan, ja, dat is even wennen dus moet ik naar bed. Mijn vader is terminaal, mijn moeder heeft een psychose gehad, nog een keer van baan veranderen, ik heb een drukke week achter de rug. Dus moet ik even mijn bed in.

Maar zoals ik al schreef, onze relatie wordt steeds intiemer. Als ik 's morgens om zeven uur mijn bed uit kom dan verlang ik alweer naar hem. Soms probeer ik de aandrang naar deze intieme relatie te ontwijken. Ik wil niet afhankelijk zijn. Maar ik heb geen keus. Ik moet. Ik blijf in deze relatie hangen. Met een beetje geluk zie ik mijn grote vriend overdag maar één keer. Zo rond het middaguur. Een dag of twee, drie in de week lukt het me echter niet om langdurige weerstand te bieden. Als ik dan om 7 uur afscheid heb genomen van mijn beste vriend, ben ik tegen een uur of 10, half 11 weer terug. Dan geniet ik ongeveer een uur van zijn gezelschap. En 's middags tegen een uur of 3 bezoek ik mijn grote vriend opnieuw.

Niet dat mijn grote vriend altijd lief voor me is hoor! Het doet gewoon pijn om bij hem te zijn. Mijn lijf voelt als een groot speldenkussen. Omdraaien is geen optie. Dat is net zo'n speldenkussen. En op mijn rug liggen is een onmogelijke opgaaf. Ik woel, ik draai, ik verleg een arm of een been om de pijn rondom mijn gewrichten maar niet te hoeven voelen.

En als ik dan eindelijk in staat ben om afscheid te nemen van mijn grote vriend, dan wankel ik. Ben ik compleet van de wereld. Gedesoriënteerd. Krakkemikkig en niet in staat om helder na te denken.

Beneden gekomen moet ik eerst tot mezelf komen. Mijn jongste dochter zegt altijd: Joh, als mama net uit bed komt dan moet je haar even niets vragen, want dan weet ze het even niet meer. Dus laten ze me met rust. Een uurtje. En dan ben ik er (geestelijk en lichamelijk) weer...

Tja, mijn grote vriend, mijn intieme relatie...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten